1.7. De opbouw van dit document

Dit document is opgevat als een handleiding voor wie Debian voor het eerst gebruikt. Het probeert zo weinig mogelijk vooronderstellingen te maken over het niveau van uw expertise. Niettemin gaan we ervan uit dat u een algemeen begrip heeft over de wijze waarop de hardware in uw computer functioneert.

Ook ervaren gebruikers kunnen in dit document interessante referentie-informatie vinden, onder meer over de minimale grootte van een installatie, over de hardware die door het installatiesysteem van Debian ondersteund wordt, enzovoort. We moedigen ervaren gebruikers aan om wat rond te neuzen in dit document.

Globaal genomen werd dit document lineair opgebouwd en neemt het u mee door het installatieproces vanaf het begin tot het einde. Dit zijn de verschillende stappen bij het installeren van Debian GNU/Linux en de overeenkomstige secties van dit document:

  1. Het vaststellen of uw hardware voldoet aan de vereisten om het installatiesysteem te kunnen gebruiken in Hoofdstuk 2, Systeemvereisten.

  2. Het maken van een back-up van uw systeem en het voorafgaand aan de installatie van Debian uitvoeren van de nodige planning en hardware-configuratie in Hoofdstuk 3, Vooraleer u Debian GNU/Linux installeert. Indien u een multi-boot-systeem, een systeem met verschillende besturingssystemen, voor ogen heeft, kan het zijn dat u op uw harde schijf ruimte die gepartitioneerd kan worden moet vrijmaken ten behoeve van Debian.

  3. In Hoofdstuk 4, Media met het installatiesysteem verkrijgen verkrijgt u de installatiebestanden die u voor uw installatiemethode nodig heeft.

  4. Het volgende hoofdstuk Hoofdstuk 5, Het installatiesysteem starten beschrijft het opstarten van het installatiesysteem. Dit hoofdstuk gaat ook in op procedures voor het oplossen van problemen die zich bij deze stap zouden kunnen stellen.

  5. Het uitvoeren van de echte installatie volgens de informatie uit Hoofdstuk 6, Het Debian installatiesysteem gebruiken. Dit houdt de keuze van een taal in, het configureren van stuurprogrammamodules voor randapparatuur, het configureren van uw netwerkverbinding zodat de overige installatiebestanden rechtstreeks van een Debian-server opgehaald kunnen worden (in het geval u de installatie niet uitvoert aan de hand van een set DVD-installatie-images), het indelen van de harde schijven en de installatie van het basissysteem en nadien het selecteren en installeren van taken. (Enige achtergrondinformatie over het instellen van de partities voor uw Debian-systeem vindt u in Bijlage C, Schijven indelen voor Debian.)

  6. Het opstarten van uw pas geïnstalleerd basissysteem in Hoofdstuk 7, De computer opstarten met uw nieuwe Debian systeem.

Nadat u het systeem geïnstalleerd heeft, kunt u Hoofdstuk 8, De volgende stappen en waar u hierna nog terecht kunt lezen. Dat hoofdstuk legt uit waar u bijkomende informatie over Unix en Debian kunt vinden en hoe u een kernel kunt vervangen.

Tenslotte kunt u informatie over dit document en over hoe u er zelf aan kunt meehelpen, vinden in Bijlage E, Administrivia.